fbpx

Ieder mens heeft een gender en een seksualiteit. We worden er mee geboren en het ontwikkelt zich in de loop van je leven. Maar hoe zich het ontwikkelt, kan heel bepalend zijn voor de vorming van je identiteit.

Over deze onderwerpen zijn vele boeken vol geschreven, juist omdat er een rare spanning is over beide onderwerpen, die overigens niet altijd iets met elkaar te maken hebben. Een genderidentiteit zegt niet iets over een seksuele identiteit en omgekeerd. Het zijn complexe onderwerpen juist omdat we er vaak weinig over praten of praten vanuit stereotypen en soms vanuit vooroordelen. Alleen al het feit dat je in Nederland of M of V in je paspoort moet hebben staan, hoe je je gender ook ervaart, of zelfs als de biologie van je lichaam niet eenduidig is, is opmerkelijk en drukt iets uit over de ruimte die we (niet) hebben voor diversiteit in gender.

Man of vrouw

Een begrip dat in de jaren 90 van de vorige eeuw meer gebruikt werd, is heteronormativiteit. Dit kan helpen te reflecteren op de categorieën die we hanteren en die ons ook beperken. Heteronormativiteit komt er ongeveer op neer, dat de stereotypen rondom gender (de duale benadering van ‘man’ of ‘vrouw’) en seksualiteit (eveneens een dualiteit: ‘hetero’ of ‘homo’) de norm is. Het is een dominante opvatting, dus normerend. Dat brengt een aantal ernstige beperkingen met zich mee en daarmee kom ik als therapeut in mijn praktijk vaak in aanraking. Want pas je niet in het een of het ander, dan is er dus iets ‘mis’. Of mis je context om jezelf te begrijpen, krijg je negatieve reacties vanuit de omgeving omdat je je niet gedraagt volgens verwachtingen die er zijn bij de gender die mensen je toekennen op basis van uiterlijke kenmerken, of niet kunnen toekennen door je uiterlijke verschijning.

In dit denken kan de seksuele- of genderidentiteit niet veranderen in de loop van een leven, terwijl dit voor veel mensen wel het geval is. Vanuit het duale denken is het zien van gender als een continuüm te weinig grijpbaar. Want wat betekent het dan als iemand zich identificeert als ‘non-binair’, ‘non-gender’. Het zou kunnen betekenen: pin me niet vast, ik identificeer me met geen van de  genderstereotypen. Of mogelijk nog iets heel anders.

Seksualiteit

Met seksualiteit is er net iets meer ruimte: biseksualiteit is een label dat al langer meegaat. Terwijl er inmiddels een veelvoud meer aan seksuele identiteiten bestaat. Bijvoorbeeld omni of pan-seksueel, waarin een persoon eigenlijk zegt: ik voel me (seksueel of romantisch of anderszins) aangetrokken tot een mens, dus diens gender doet er voor mij niet toe. Of: aseksueel, omdat een persoon geen seksueel verlangen ervaart (naar anderen en of zichzelf).

Sinds de filosoof Foucault zijn boeken schreef, is het idee ontstaan dat zowel seksualiteit als gender eigenlijk geconstrueerde werkelijkheden zijn. Helemaal niet de manier waarop verlangen of begeerte zich richt als er geen voorschriften zouden zijn. De gender en seksualiteit wordt volgens voorgeschreven regels inhoud gegeven en daarnaast wordt er ook een waardering meegegeven welke rollen en identiteiten daarin goed zijn en welke niet passen. En wat te denken van wanneer de biologie een feitelijk ander genderspectrum laat zien, zoals dat 1 op de 1000 mensen niet eenduidige gender-kenmerken heeft?

Waarom die beperkingen? Het is wel overzichtelijk als er maar twee genders zijn en twee (of misschien) drie seksualiteiten. Alleen is dit een enorme beperking aan hoe mensen zich werkelijk voelen. Zowel in het kunnen hebben van een andere genderidentiteit of seksuele identiteit, als daar uiting aan kunnen geven. Dat is ook waar therapie begint. Sociale uitsluitings- en beoordelingsmechanismen dwingen mensen in het dualistische model te blijven en dus kunnen zij niet zijn wie ze zijn. Of ze zijn het wel en ervaren voortdurend daarop feedback. Als ik als met een jurk en een baard deze zomer in het liberaal denkende Amsterdam over straat ga, zal ik het aantal blikken dat zich op mij richten niet meer kunnen tellen. Ik loop zelfs een veiligheidsrisico, omdat agressie tegen mensen die zich andere manifesteren een feit is. Deze beperkingen aan kunnen, zijn wie je bent, daarin gezien en gerespecteerd worden, leidt tot significante hogere incidentie van psychische klachten zoals depressie, suïcidaliteit, angst- en paniekklachten als ook middelengebruik en verslavingen.

Waarom er veelal negatieve feedback komt, is dat het laten zien van andere mogelijkheden op het genderspectrum of het spectrum van seksuele rollen en identiteiten, de ander dwingt om ook diens eigen identiteiten niet als vast te beschouwen. Soms worden ongewenste (lees: buiten de heteronormatieve matrix) gevoelens of verlangens aangeraakt die de persoon juist probeert te onderdrukken. De zelfafwijzing wordt dan geprojecteerd op de ander die wel de moed heeft uiting te geven aan een ervaren identiteit of een gevoeld verlangen.

De psychosynthese blik

In psychosynthese werken we met het letterlijke van de ervaring en nemen daarin ook het symbolische mee. Wat druk datgene uit , welke gevoelens en gedachten horen daarbij of wat vertelt het lichaam je. Wat als je bepaalde fantasieën hebt over je seksualiteit of je gender, welk deel van jou wil dan uitgedrukt worden? Of wat zou het uit kunnen drukken als je het in de echte wereld manifesteert. Als therapeut of counselor is het de kunst ruimte te creëren om je cliënt te laten ervaren wie hij is en daar mogelijk ook uiting aan te geven. Dat vraagt van de therapeut dezelfde openheid in het voelen en denken in therapie. Wat zou een cliënt in een jurk met een baard voor een eerste gevoel bij jou oproepen? Vooral als je heel eerlijk bent? Naast hoe je daar professioneel mee zou werken?
Ook Roberto Assagioli gebruikte het concept van deconstructie van je identiteit (b.v. omdat het overwegend is gebaseerd op een overlevingssysteem) en reconstructie op basis van wie je werkelijk zou kunnen zijn in je waarachtigheid.

Nascholing seksualiteit en gender

De eerste module van de nascholing richt zich op: Als je je open stelt voor deze onderwerpen, waarover hebben we het dan? Wat is jouw relatie als therapeut daarmee? Wat roept het bij jouzelf op? Als je ermee zou willen werken, hoe breng je jezelf daarin in? Welke vragen roept het bij je op? Welke kennis wil je hebben? Waar liggen je grenzen in het werk met andere gender- en seksuele identiteiten en rollen? Hoe herken je onderliggende issues rondom gender of seksualiteit als de gepresenteerde issue bijvoorbeeld depressiviteit, angsten en paniek of ervaren zinloosheid is?

De tweede module van de na- en bijscholing ‘Gender en Seksualiteit’, gaat over de andere genderexpressies, seksuele identiteiten, seksuele- en genderrollen dan wat als norm is gesteld vanuit een heteronormatief perspectief.

De tweede module is het vervolg op de eerste module. De eerste module richt zich op seksualiteit en gender in het algemeen en is veronderstelde kennis en vaardigheid om aan de tweede module deel te kunnen nemen.

Uitgebreide informatie of direct inschrijven, kan via de website.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Send this to a friend